Recentelijk werd een verzoek gedaan om de helft van een team partijen te laten voorspelen. Nu was dat verzoek ook nog eens uiterst legitiem: deelname van een lid of meer leden aan door de KNDB georganiseerde damzaken (wedstrijden, trainingen, vergaderingen) geven de betrokken vereniging het recht om vastgestelde provinciale wedstrijden te mogen vooruitspelen. De tegenstander is volgens de richtlijnen van de KNDB, verplicht aan een dergelijk verzoek loyale medewerking te verlenen. Er zit echter een klein maartje aan: het is voor de hand liggend dat een verzoek tot het mogen vooruitspelen gedaan wordt zodra bekend is dat een speler op een bepaalde dag verhinderd is om voor zijn club uit te komen, omdat KNDB-belangen dit beletten. Wachten met het doen van een verzoek tot een moment waarop de tegenpartij in verlegenheid wordt gebracht omdat het organisatorisch nauwelijks meer haalbaar is om een alternatieve speeldatum te vinden, vraagt om problemen.
Onze wedstrijdleider, ook wel de coördinator wedstrijdzaken genoemd, doet vanaf hier een dringende oproep aan de verenigingen om verzoeken om partijen vooruit te mogen spelen tijdig bij hem en de tegenstander kenbaar te maken. Onder tijdig verstaat hij een zodanige periode dat er tussen het moment van het doen van het verzoek en de gewenste speeldatum tenminste één clubavond ligt van de vereniging die het verzoek krijgt. Alleen dan kan het verzoek in één actie aan alle leden tijdens de wekelijkse oefenavond worden voorgelegd. Driftig heen-en-weer getelefoneer is dan ook niet meer nodig.
